onderdrukken

Dutch

Etymology

From Middle Dutch onderdrucken. Equivalent to onder- (under-, sub-) + drukken (press).

Pronunciation

  • IPA(key): /ˌɔn.dərˈdrʏ.kə(n)/
  • (file)
  • Hyphenation: on‧der‧druk‧ken
  • Rhymes: -ʏkən

Verb

onderdrukken

  1. to oppress
  2. to suppress
    De troepen onderdrukten het verzet in twee weken. The troops suppressed the resistance in two weeks.

Inflection

Inflection of onderdrukken (weak, prefixed)
infinitive onderdrukken
past singular onderdrukte
past participle onderdrukt
infinitive onderdrukken
gerund onderdrukken n
present tense past tense
1st person singular onderdrukonderdrukte
2nd person sing. (jij) onderdruktonderdrukte
2nd person sing. (u) onderdruktonderdrukte
2nd person sing. (gij) onderdruktonderdrukte
3rd person singular onderdruktonderdrukte
plural onderdrukkenonderdrukten
subjunctive sing.1 onderdrukkeonderdrukte
subjunctive plur.1 onderdrukkenonderdrukten
imperative sing. onderdruk
imperative plur.1 onderdrukt
participles onderdrukkendonderdrukt
1) Archaic.

Synonyms

Derived terms

Descendants

  • Afrikaans: onderdruk
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.