geestelijk

Dutch

Etymology

geest + -lijk

Pronunciation

  • (file)

Adjective

geestelijk (comparative geestelijker, superlative geestelijkst)

  1. mental, concerning the mind
    Antonyms: fysiek, lichamelijk
  2. spiritual
  3. clerical
    Synonym: clericaal

Inflection

Inflection of geestelijk
uninflected geestelijk
inflected geestelijke
comparative geestelijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial geestelijkgeestelijkerhet geestelijkst
het geestelijkste
indefinite m./f. sing. geestelijkegeestelijkeregeestelijkste
n. sing. geestelijkgeestelijkergeestelijkste
plural geestelijkegeestelijkeregeestelijkste
definite geestelijkegeestelijkeregeestelijkste
partitive geestelijksgeestelijkers

Derived terms

  • geestelijkheid
  • vergeestelijken

Descendants

  • Negerhollands: geestlik

Adverb

geestelijk

  1. spiritually
  2. mentally

Antonyms

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.