wijngaard
Dutch
Etymology
From Middle Dutch wijngaert, wijngart, wijngaerd, from Old Dutch wīngardo. Equivalent to wijn (“wine”) + gaard (“garden”).
Pronunciation
- IPA(key): /ˈʋɛi̯n.ɣaːrt/
Audio (file) - Hyphenation: wijn‧gaard
Noun
wijngaard m (plural wijngaarden, diminutive wijngaardje n)
Hyponyms
Derived terms
- wijngaardakker
- wijngaardblad
- wijngaardenier
- wijngaarder
- wijngaardzaaier
- wijngaardzog
- wijngaardzwart
animal & plant species
- wijngaardkever
- wijngaardkrekel
- wijngaardlook
- wijngaardluis
- wijngaardmot
- wijngaardpad
- wijngaardkrekel
- wijngaardplant
- wijngaardrups
- wijngaardslak
- wijngaardspin
- wijngaardvlinder
Related terms
References
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.