onbeweeglijk

Dutch

Etymology

on- + beweeglijk

Pronunciation

  • (file)

Adjective

onbeweeglijk (comparative onbeweeglijker, superlative onbeweeglijkst)

  1. stationary, immobile, motionless
  2. unshakeable, unwavering, steadfast

Inflection

Inflection of onbeweeglijk
uninflected onbeweeglijk
inflected onbeweeglijke
comparative onbeweeglijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial onbeweeglijkonbeweeglijkerhet onbeweeglijkst
het onbeweeglijkste
indefinite m./f. sing. onbeweeglijkeonbeweeglijkereonbeweeglijkste
n. sing. onbeweeglijkonbeweeglijkeronbeweeglijkste
plural onbeweeglijkeonbeweeglijkereonbeweeglijkste
definite onbeweeglijkeonbeweeglijkereonbeweeglijkste
partitive onbeweeglijksonbeweeglijkers

Synonyms

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.