aansluitend

Dutch

Pronunciation 1

  • IPA(key): /ˌaːnˈslœy̯.tənt/
  • (file)
  • Hyphenation: aan‧slui‧tend

Adjective

aansluitend (not comparable)

  1. connected, contiguous
    Diamant wordt o.a. gevonden in het Sperrgebiet ten zuiden van Lüderitz aan de kust van Namibië en in het aansluitende kustgebied van Zuid-Afrika.
    Diamonds are, among other places, found in the Sperrgebiet area to the south of Lüderitz on the Namibian coast and in the contiguous coastal area of South Africa.
Inflection
Inflection of aansluitend
uninflected aansluitend
inflected aansluitende
comparative
positive
predicative/adverbial aansluitend
indefinite m./f. sing. aansluitende
n. sing. aansluitend
plural aansluitende
definite aansluitende
partitive aansluitends

Pronunciation 2

  • IPA(key): /ˈaːnˌslœy̯.tənt/
  • Hyphenation: aan‧slui‧tend

Participle

aansluitend

  1. present participle of aansluiten
Inflection
Inflection of aansluitend
uninflected aansluitend
inflected aansluitende
positive
predicative/adverbial aansluitend
aansluitende
indefinite m./f. sing. aansluitende
n. sing. aansluitend
plural aansluitende
definite aansluitende
partitive aansluitends
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.