zand
See also: Zand
Dutch
Etymology
From Middle Dutch sant, from Old Dutch *sant, from Proto-West Germanic *samd, from Proto-Germanic *samdaz, from Proto-Indo-European *sámh₂dʰos.
Compare Low German Sand, West Frisian sand, German Sand, English sand, Danish sand.
Pronunciation
- IPA(key): /zɑnt/
audio (file) - Hyphenation: zand
- Rhymes: -ɑnt
- Homophone: Zand
Noun
zand n (uncountable)
- sand
- Het zand was warm onder onze voeten.
- The sand was warm beneath our feet.
- Ze bouwden een kasteel van zand op het strand.
- They built a sand castle on the beach.
- De kinderen speelden in het zand.
- The children were playing in the sand.
Derived terms
- general:
- aanzanden
- bezanden
- drijfzand
- slaapzand
- slijpzand
- stuifzand
- teerzand
- verzanden
- zandaal
- zandbad
- zandbij
- zanddeeg
- zanddoddegras
- zandduin
- zanderig
- zandgroeve
- zandgrond
- zandhagedis
- zandkasteel
- zandkoekje
- zandkool
- zandkrab
- zandlaag
- zandloper
- zandpad
- zandrif
- zandsteen
- zandsteengroeve
- zandstenen
- zandstorm
- zandtaart
- zandverstuiving
- zandvlakte
- zandvlo
- zandweg
- zandwoestijn
- zandzegge
- toponyms:
- Breezand
- Cadzand
- De Zande
- De Zanderij
- Heinkenszand
- Hoogezand
- Kapel in 't Zand
- Kloosterzande
- Loon op Zand
- Ovezande
- Ruigezand
- 's-Gravenzande
- Stuifzand
- 't Zand
- 't Zandt
- Trintelzand
- Wechelderzande
- Zandberg
- Zandbergen
- Zanddijk
- Zanddonk
- Zande
- Zandeweer
- Zandheuvel
- Zandhoven
- Zandpol
- Zandstraat
- Zandvliet
- Zandvoorde
- Zandvoort
- Zuidzande
Old High German
Alternative forms
- zan, zant, tænd
Etymology
From Proto-West Germanic *tanþ.
Declension
Descendants
References
- Joseph Wright, An Old High German Primer, Second Edition
- Köbler, Gerhard, Althochdeutsches Wörterbuch, (6. Auflage) 2014
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.