opkomstplicht
Dutch
Pronunciation
- IPA(key): /ˈɔp.kɔmstˌplɪxt/
audio (file) - Hyphenation: op‧komst‧plicht
Noun
opkomstplicht f (uncountable)
- obligation to attend, compulsory attendance
- In sommige landen is er een opkomstplicht voor verkiezingen. ― In some countries, there is a compulsory attendance for elections.
- De school heeft een strikte opkomstplicht voor alle studenten. ― The school has a strict compulsory attendance for all students.
- Ze werd beboet vanwege het niet nakomen van de opkomstplicht. ― She was fined for not complying with the compulsory attendance.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.