omstandigheidszin
Dutch
Etymology
From omstandigheid (“circumstance”) + -s- + zin (“sentence, clause”), calque of German Umstandssatz (“circumstantial clause”).
Pronunciation
- IPA(key): /ɔmˈstɑn.dəx.ɦɛi̯tˌsɪn/
- Hyphenation: om‧stan‧dig‧heids‧zin
Noun
omstandigheidszin m (plural omstandigheidszinnen)
- (chiefly Afroasiatic grammar) circumstantial clause/sentence
- 2006, A.J.C. Verheij & M.L. Folmer, Basisgrammatica van het Bijbels Hebreeuws. Oefenboek, Eburon Delft (publ., 2d ed.), page 63.
- Deze omstandigheidszin (zie de opmerking bij vs 1) hoort inhoudelijk eerder bij 16a dan bij 16b en is hier als hoofdzin weergegeven.
- This circumstantial clause (see the note at verse 1) substantively belongs to 16a rather than to 16b and has been rendered here as a main clause.
- 2006, A.J.C. Verheij & M.L. Folmer, Basisgrammatica van het Bijbels Hebreeuws. Oefenboek, Eburon Delft (publ., 2d ed.), page 63.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.