gesundheit
See also: Gesundheit
English
Alternative forms
Etymology
From German Gesundheit (literally “health”), from gesund (“healthy”). The adjective is cognate with English sound, from Old English ġesund (“sound, safe, healthy”).
Pronunciation
- IPA(key): /ɡəˈzʊnt.haɪt/, /ɡəˈzʊn.taɪt/
- (Canada, many US accents) IPA(key): /ɡəˈzʊnt.hʌɪt/, /ɡəˈzʊn.tʌɪt/
Interjection
gesundheit
Synonyms
Translations
said to someone who has just sneezed — see bless you
Dutch
Etymology
From German Gesundheit (literally “health”).
Interjection
gesundheit
- (Netherlands) Said to someone who has just sneezed, bless you
- 2000, Harry Mulisch, Gerrit Komrij, Adriaan van Dis, Maarten 't Hart, Remco Campert, Marga Minco, Hugo Claus, De Schrijver: een literaire estafette, De Bezige Bij, →ISBN, page 142:
- Ik bleef haar aanstaren en moest niezen. Zij bleef lachen en zei: 'Gesundheit.'
- I kept staring at her and had to sneeze. She kept laughing and said: 'Bless you.'
- 2015, Anne Tyler, De blauwe draad, Prometheus, →ISBN, page 96:
- 'Ja, dat mag. En neem Heidi even mee, alsjeblieft. Ze zit weer te niezen.' Heidi was inderdaad aan het niezen – een hele serie zachte maar spetterende niesjes. 'Gesundheit,' zei Merrick.
- 'Yes, that's alright. And take Heidi, please. She's sneezing again.' Heidi was sneezing indeed – a series of soft but splattering sneezes. 'Bless you,' said Merrick.
- 2016, Hans Bogaert, Echo, De Bezige Bij, →ISBN, page 60:
- 'Gesundheit,' zei hij toen ik moest niezen.
- 'Bless you,' he said as I sneezed.
- 2016, Marjolijn Uitzinger, De partijgenoot, Singel Uitgeverijen, →ISBN, page 147:
- Ik nam een te grote slok water en moest niezen vanwege de prik. 'Gesundheit. Maar er is nog een andere auto gevonden, in Lautenthal zelf.'
- I took too big of a gulp of water en had to sneeze because it was fizzy water. 'Bless you. But another has been found, in Lautenthal.'
Synonyms
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.