begroting

From Dutch begroting, from Middle Dutch begrotinge. Equivalent to begroot +‎ -ing.

• IPA^(key): /bəˈχrʊə̯.təŋ/

begroting (plural begrotings or begrotinge (dated))

1. A budget.

From Middle Dutch begrotinge. Equivalent to begroten +‎ -ing.

• IPA^(key): /bəˈɣroː.tɪŋ/

• audio

  (file)

• Hyphenation: be‧gro‧ting

begroting f (plural begrotingen, diminutive begrotinkje n)

1. A budget, projected income and spending of a public or private organisation in a given period.
2. A budget, the funds (or other means) reserved for a project.

• begrotingsartikel
• begrotingsdiscipline
• begrotingsevenwicht
• begrotingskort
• begrotingsoverschot
• begrotingspolitiek
• begrotingspost
• begrotingstekort
• begrotingsunie
• gemeentebegroting
• jaarbegroting
• meerjarenbegroting
• provinciebegroting
• rijksbegroting

• begroten

• Afrikaans: begroting